ABN Amro: Huizenprijzen stijgen 7% in 2025, ING verwacht 10% meer verkopen

De woningmarkt herstelt sneller dan verwacht, melden ABN Amro en ING. ABN Amro voorspelt een prijsstijging van 7% in 2025, terwijl ING wijst op 10% meer woningverkopen. Stijgende lonen en een groeiend woningtekort, vooral door de vraag naar kleinere woningen, drijven de markt, maar het aanbod blijft achter.

Volgens de Woningmarktmonitor van januari 2025 van ABN Amro stijgen de huizenprijzen en woningverkopen sterker dan eerder voorspeld. Dit jaar stijgen de prijzen met 7% en in 2026 met 3%. Het bouwen van meer betaalbare, kleinere woningen, vooral in landelijke gebieden, is de sleutel tot het oplossen van het woningtekort.

Deze ontwikkeling wordt volgens Mike Langen, senior econoom bij het Economisch Bureau van ABN Amro, mede veroorzaakt door een groeiend woningtekort. Dat ontstaat vooral door demografische veranderingen zoals het toegenomen aantal eenpersoonshuishoudens.

Woningtekort door veranderende vraag

Nederland kampt met een mismatch tussen vraag en aanbod op de woningmarkt. Hoewel het aantal woningen sneller groeit dan de bevolking, neemt de vraag naar kleine en betaalbare woningen toe, vooral in landelijke regio’s. Dit komt doordat huishoudens kleiner worden en mensen meer woonoppervlak per persoon wensen. Hierdoor dreigt het woningtekort op te lopen tot 400.000 woningen.

Bouwbelemmeringen verergeren het tekort

Het realiseren van nieuwe woningen verloopt traag door discussies over locatiekeuzes, natuurbehoud en conflicterende belangen. Gemiddeld duurt het 8 tot 12 jaar voordat een woningproject van start naar oplevering gaat. Bovendien richten bouwprojecten zich vaak op grotere woningen, wat leidt tot een gebrek aan kleinere, betaalbare woningen.

Het woningtekort heeft brede gevolgen:

Jongeren ervaren moeilijkheden bij het vinden van een eerste woning, waardoor zij vaak gedwongen worden om bij hun ouders te blijven wonen. Dit leidt tot uitgestelde gezinsvorming.
Werkgevers hebben moeite om personeel te werven, omdat werknemers de hoge woonkosten in stedelijke gebieden niet kunnen betalen.
Ouderen die kleiner willen wonen, blijven vaak in hun huidige woning, wat de doorstroming belemmert.

Artikel gaat verder onder de afbeelding

Demografische veranderingen en trends

Het aandeel eenpersoonshuishoudens stijgt, zowel in stedelijke als landelijke regio’s. In landelijke gebieden zoals Limburg en Drenthe is dit aandeel sinds 2000 met 30% toegenomen. Deze trend vraagt om meer kleine woningen in die gebieden. De vergrijzing speelt eveneens een rol: gepensioneerde babyboomers willen hun woonbehoeften aanpassen, wat extra druk legt op het segment van kleine woningen.

Regionale verschillen en beleidsuitdagingen

De woningvraag verschilt sterk per regio. Landelijke regio’s hebben een groter tekort aan kleine woningen dan stedelijke gebieden. Beleidsmakers moeten daarom rekening houden met lokale behoeften en trends, zoals de voorkeur voor grotere woningen in de Randstad en de toename van eenpersoonshuishoudens op het platteland.

Thuiswerken en vergrijzing: kansen en uitdagingen

De toename van thuiswerken heeft de potentie om de druk op stedelijke woningmarkten te verlichten, omdat mensen verder van hun werk kunnen wonen. Dit kan echter leiden tot prijsstijgingen in landelijke gebieden. De vergrijzing van de babyboomgeneratie, ook wel de “zilveren tsunami” genoemd, kan zowel vraag- als aanbodschokken veroorzaken, afhankelijk van hun verhuisgedrag.

Conclusie: meer kleine woningen nodig

De sleutel tot het oplossen van het woningtekort ligt in het bouwen van meer betaalbare, kleinere woningen, vooral in landelijke gebieden. De huidige bouwplannen voldoen hier onvoldoende aan. Zonder veranderingen blijven huizenprijzen en huren stijgen, met name voor starters en eenpersoonshuishoudens.

Artikel gaat verder onder de afbeelding

ING: verkopen en stijgende prijzen in 2025